Blogs & columns
Michelle van Tongerloo
Michelle van Tongerloo
3 minuten leestijd
Blog

Jezelf durven zijn in de spreekkamer

8 reacties

Ik vond haar irritant.
Ze zat achterover geleund in haar stoel, een bos vol warrige krullen, slobberbroek en ze ging van de hak op de tak. Wilde van alles, om allerlei redenen – die ik niet goed kon volgen. Zoals antibiotica voor haar iets gezwollen been, maar geen gewone, en ook niet die andere, wel van dat merk, maar alleen van die apotheek – of ik het recept direct wilde mailen.

Irritant dus. Ik haakte af. Keek steeds meer naar de computer en reageerde maar half.

Plots stopte ze met praten en keek me strak aan. ‘Ik vind u irritant’, zei ze toen. Nu viel ik stil.

‘Ik vind jou ook irritant’, zei ik toen.

Ook zij was nu stil. We keken elkaar even in rust aan.

‘Mag jij dat eigenlijk wel zeggen?’, vroeg ze. ‘Waarom niet?’, antwoordde ik, ‘jij vindt mij irritant, ik vind jou irritant – volgens mij is dit gewoon een constatering. En toch moeten we met elkaar verder.’

Het ijs was gebroken. Zij werd rustiger, ik volgde actiever en schreef het gewenste antibioticum voor. Nog vele andere klachten met steeds minder eisen volgden sinds dat consult. Volledig mezelf durven zijn in een consult is niet iets wat ik van nature beheerste. Dat kwam ook door mijn opleiding. Tijdens mijn studie geneeskunde leerde ik iemand reduceren tot brein, buik of been. Als voorbereiding op mijn coschappen leerde ik alle juiste vragen per orgaansysteem stellen: als mantra’s dreunde ik ze op. Maar op de spiekbriefjes in mijn doktersjas ontbrak één belangrijke vraag: hoe gaat het eigenlijk met u? Die vraag was me niet echt geleerd, dus miste ik hem niet echt.

En bij aspirant-artsen, wier belangrijkste opgave gaat zijn om voor mensen te zorgen, werd menselijkheid tijdens mijn opleiding niet gewaardeerd. Ik stampte stapels boeken in m’n hoofd, werkte harder dan mijn lichaam soms kon verdragen en zeurde niet terwijl ik werd geconfronteerd met verschrikkelijk menselijk leed. Niet de beste basis om empathische artsen te creëren, realiseer ik me nu.

Ik had gehoopt dat ik in mijn huisartsenopleiding de diepte in zou gaan in de relatie van arts tot patiënt. Maar hier leerde ik dat een goed gesprek verloopt volgens het model MAAS-Globaal 2.0, bestaande uit drie secties, met in totaal zeventien subonderdelen, gescoord van één tot zes. Er moest zóveel aan bod komen in een gesprek van tien minuten dat ik de patiënt niet meer zag.

Patiënten voelen dit. Gereduceerd tot een te uitgebreide hokjeslijst worden ze gehaast. Trekken hun jas niet meer uit als ze voor me gaan zitten. En praten wordt meer een toneelstukje dan een echt gesprek.

Ik herinner me nog dat ik tijdens mijn huisartsenopleiding een gesprek filmde met een dakloze, verslaafde Roemeense patiënt op wie ik het geijkte communicatiemodel afvuurde. ‘Wat denkt u zelf dat er aan de hand is?’ ‘Hoe voelt u zich er zelf bij dat u dakloos bent?’ ‘Wat denkt u zelf dat u nodig hebt?’ Met iedere vraag werd hij agressiever, totdat hij zijn met gaten doorboorde schoenen op tafel gooide en me uitschold in een taal die ik niet begreep.

Tja, dat vonden mijn docenten dan heel grappig, maar ik was toch gezakt.

Als straatarts leerde ik dat trucs je tegenwerken. Ik zorg voor dak- en thuisloze mensen: mensen zijn gehard door het leven en wantrouwend naar hulpverlening, die hen vaak van kastjes naar muurtjes stuurt – of erger – hulp ontzegt om bureaucratische redenen. Ze prikken zo door onoprechte communicatie heen.

Écht met hen praten om hen écht te kunnen helpen kan alleen als je probeert gelijkwaardige gesprekspartners te zijn. En dat kan alleen maar als je jezelf bent. Maar om dat te kunnen zijn moest ik in plaats van mijn patiënten, eerst mijzelf gaan ondervragen. Wat zijn vooroordelen die ik heb tegen deze groep mensen? Hoe beïnvloedt mijn achtergrond dit gesprek? Wat wil ik deze mensen brengen? Wat is mijn rol in deze spreekkamer? Alleen door mezelf zo te bevragen, kwam er rust in onze gesprekken. En merkte ik dat de meeste antwoorden van mijn patiënten kwamen, niet van mij.

Daarom probeer ik iedere coassistent te overtuigen de blik van de computer af te wenden, om naar de patiënt te luisteren. In de verbinding gebeurt het – dan mag je fouten maken, dan mag je (weleens) uit de bocht vliegen.

Als patiënten zien dat je oprecht bent, zal de klacht niet snel volgen.

Meer van Michelle van Tongerloo

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
  • S.M. van der Kooij

    Gynaecoloog , Den Helder

    Michelle dankjewel, prachtig verhaal en heel herkenbaar! Dit is precies mijn piece of cake. Ik heb gemerkt dat door oprechte interesse en nieuwsgierigheid de gesprekken met patiënten veel minder energie kosten, ik krijg er zelfs energie van. En typen... dat doe ik wel als ze de spreekkamer verlaat. Dat ik hierdoor 9 van de 10 keer uitloop lijkt niemand erg te vinden. En ik vraag me soms af of het wel professioneel is wat ik doe, ook omdat ik wel eens persoonlijks dingen deel, gewoon om haar op haar gemak te stellen of te laten voelen dat ik haar begrijp. Maar ze geven aan dat ze zich gezien en gehoord voelen en daar kan je natuurlijk alleen maar beter van worden.

    [Reactie gewijzigd door Kooij, Sanne van der op 25-05-2024 22:50]

  • P.J. Staarink

    huisarts in opleiding

    Herkenbaar stuk. Als HAIO die bijna klaar is heb ik me ook vaak verwonderd over de afvinkmodellen in de opleiding -met dito beoordeling- versus het contact maken met de patient in de realiteit.
    Gelukkig kunnen we het in de spreekkamer zelf invullen....

  • E.J.A. Roodenburg-Nouwen

    Huisarts, Apeldoorn

    Dat zou fantástisch zijn! Als élke dokter vanaf de coschappen al leert, naar goed voorbeeld van de gevestigde orde, eerst te vragen: ‘hoe gaat het met u?’
    Helaas ben ik met enige regelmaat vanaf de patiëntenkant onderdeel (geweest) van een ‘hokjes...lijst’ die niet nodig is als die ene vraag gesteld wordt. En als er daarna met oprechte interesse geluisterd wordt naar het antwoord.
    Dan weet je als dokter vaak ook gelijk welke onderdelen wel en niet in de uitleg aan bod moeten komen.
    En laten alle dokters ook stoppen met alle antwoorden direct in de computer in te kloppen. Dan wordt het weinige contact er gelijk uitgeklopt.
    Als je écht contact hebt, weet je ook na het consult nog wel wat er is gezegd.

  • M.H. ten Brinke

    Specialist ouderengeneeskunde

    Precies dit! Briljant! En zonder angst voor klachten, aan de broek van de dokter bedoel ik dan.

  • C.M. van den Broek

    Huisarts

    Je slaat de spijker op zijn kop. Door opleiders en docenten ben ik geregeld op de vingers getikt of bekritiseerd omdat ik niet wilde voldoen aan de MAAS Globaal, maar het voelde als een toneelstuk. Je leert tijdens de medische opleidingen door hoepel...s springen. Pas daarna kan je jezelf zijn en echt contact maken met de mensen. Natuurlijk is mijn manier niet perfect en kan ik nog veel leren over mijn vooroordelen en hoe daarvan af te stappen. Maar beginnen met erkennen dat je ze hebt en nieuwsgierig zijn naar iemands verhaal is hopelijk een goed begin.

  • P. Olie

    Huisarts

    Hoop boor je dat het tuchtcollege hiermee akkoord gaat

  • A. G?bel

    Huisarts, Amstelveen

    Zo mee eens! Goed verhaal. Het eerste wat we moeten leren is dat geneeskunde geen quiz is met goede en foute antwoorden. En al helemaal niet in het Latijn. Vervolgens komt ná de opleiding als een mokerslag binnen dat alle ziektebeelden uit 'Harrison'...s' niet of nauwelijks bestaan en dat de heroïek niet zit in het winnen van die quiz maar in het zo goed mogelijk helpen van mensen. Die gewoon een longontsteking hebben of buikpijn, en slechts eens in de 30 jaar een Addisoncrisis. Maar toch geven we van de 100 miljard zorgkosten per jaar 20 miljard uit aan Harrison's. Tuurlijk spelen (soms knappe) diagnoses een rol, maar dat Sherlock Holmes gevoel van 'House' en van je examens: vergeet het maar. terwijl de hele opleiding daar om lijkt te draaien.
    Het begint allemaal met nieuwgierigheid en interesse in de persoon die tegenover je zit, en met een goed gesprek. Dan komt de rest vanzelf.
    De volgende vraag als dokter over jezelf beantwoorden kan wat dit betreft heel interessant en zelfs confronterend zijn: als de patiënt niet de diagnose blijkt te hebben die je had gedacht, ben je dan opgelucht of teleurgesteld?

    [Reactie gewijzigd door G?bel op 17-05-2024 13:42]

 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.