Onze samenleving ontroert me
1 reactieVandaag staat mijnheer Van de M. op het visitelijstje. Een intellectuele oudere man die ik nog niet zo goed ken en vrij nieuw is mijn praktijk. Hij woont zelfstandig met zijn hond, een grote lieve stinkende huskyachtige hond, in een overvolle, verwaarloosde, geurende eengezinswoning. Het is een soort kruip-door-sluip-doorwoning, vol met kasten, een aanrecht met stapels glaswerk, en op de grond op een dun matrasje waar hijzelf op slaapt.
Gelukkig was hij al opgeknapt; twee dagen ervoor sprak hij aan de telefoon nog over moeheid, verwardheid en hoesten, reden voor mij, vanwege zijn uitgezaaide prostaatcarcinoom waar hij niets aan wil laten doen, een bezoek af te leggen.
Wat schetst mijn verbazing? In de voorkamer staat nu een zwarte teil met water en bakstenen erin en er dobbert een grote schildpad in! Hij vertelt. Zijn schildpad leefde al meer dan twintig jaar met hem in zijn huis, liep daar vrij rond. Nu was er een man van de politie (dierenpolitie?) gekomen. En eigenlijk mocht hij deze soort niet zelf houden, maar omdat ze al zo lang samen waren mocht het toch, met de teil kennelijk als voorwaarde. Hij vertelde ook over Patrick van het WIJ-team, die hem hielp met opruimen zodat uiteindelijk een hoog-laagbed achterin kon worden geplaatst. Zijn dementerende vriendin, die apart woont, zijn boodschappen doet en ondersteund wordt door Team290 van de ggz, zat tevreden op de bank naast de teil, de husky lag rustig voor mijn verpleegkundig specialist in opleiding die ik had meegenomen.
We liepen door de overwoekerde tuin terug naar de auto, een paar diepe teugen frisse lucht inademend. Ik was ontroerd en blij: wat fijn om in zo’n zorgzame samenleving te mogen werken en wonen!
A.J. Colon
neuroloog, fort-de-france
Wat een heerlijk, ontroerend perikel. Nederland is inderdaad zo slecht nog niet, al kan ook ik soms heerlijk klagen.