Nieuws
Marieke van Twillert
Marieke van Twillert
4 minuten leestijd
interview

'Ik wilde er nog één keer een zwieper aan geven'

Koen Metsemakers won goud op de Olympische Spelen

1 reactie

Toproeier Koen Metsemakers is zijinstromer geneeskunde nadat hij zijn tandartsdiploma haalde. Ooit hoopt hij kaakchirurg te worden. Bij de Olympische Spelen in Parijs won hij opnieuw goud in de dubbelvier. Voorafgaand aan de Spelen sprak Arts in Spe met hem.

Susanne Ottenheym
Susanne Ottenheym

Het is een paar weken voor de Olympische Spelen, en alles moet nu samenkomen. Een hoogtestage hoort bij de laatste voorbereidingen van de roeiploeg. Locatie: een hotel op 2100 meter in ­Oostenrijk, met pittoresk uitzicht ‘als een Google-screensaver’. Hier fietste Koen Metsemakers (32) vanochtend vier uur, vanmiddag wacht een training op de ergometer en tussendoor geeft hij vanuit zijn hotelkamer videobellend interviews. Bijzondere plek inderdaad, erkent hij, ‘maar ik ben hier al twaalf keer geweest dus voor mij voelt het bekend.’

Koen Metsemakers (Hasselt, 1992)

is afgestudeerd tandarts en bezig met de bachelor geneeskunde in Amsterdam (VU). Hij begon tijdens zijn ­studententijd in Nijmegen te roeien bij Phocas. Hij maakte al snel progressie, kon binnen enkele jaren meekomen in het nationale veld en sinds 2015 ook internationaal. Hij roeit als slag in de dubbelvier, hoewel hij in zijn begintijd ook uitkwam in de skiff (eenmansboot) en dubbeltwee. In de dubbelvier werd Metsemakers Olympisch kampioen (Tokio, 2021) en tweemaal wereldkampioen: 2019 en 2023. De huidige ploeg zit sinds 2023 in deze samenstelling bij elkaar. ‘We zijn ­regerend wereldkampioen, we zijn opnieuw favoriet – maar je moet het wel doen.’

Kaakchirurgie

Metsemakers is ‘slag’ van de Olympische dubbelvier, hetzelfde nummer als waarmee hij eerder tijdens de Olympische Spelen 2020 (gehouden in 2021) in Tokio goud won. Daarnaast is hij geneeskundestudent, terwijl hij ook een tandartsdiploma heeft. Tijdens zijn opleiding kwam Metsemakers erachter dat hij de kant op wilde van kaak­chirurgie. ‘Ik heb een ­bredere belangstelling dan alleen tandheelkunde, had ­affiniteit met het hoofd-halsdeel. Om kaakchirurg te worden, moet je zowel tandarts als basisarts zijn. Gelukkig kon ik dankzij tandheelkunde mijn bachelor geneeskunde versnellen: jaar twee en drie deed ik één jaar.’

De coschappen die hij al liep, bevestigden zijn keuze. Ook liep hij kort mee op de afdeling Kaakchirurgie. ‘Kaakchirurgie is zo gevarieerd en breed; inhoudelijk heb je met de benige maar ook de weke delen te maken, het vak heeft raakvlakken met veel andere specialismen, denk aan kno, dermatologie, neurologie, oncologie. En ook het sociale aspect is belangrijk. Patiënten zijn soms nerveus, ze liggen in een kwetsbare situatie en dan is het je rol om kalmte te brengen.’

Na 26 augustus wordt alles anders in het leven van Metsemakers. Dan stopt het toproeien, en begint hij met drie kleine coschappen: kno, oogheelkunde, dermatologie. ‘Nog een klein jaar en dan ben ik klaar met de master.’

Trainen

Maar zover is het nog niet. Eerst staat nog alles in het teken van de Olympische races in het Stade nautique olympique d’Île-de-France. Met dat doel voor ogen heeft hij zijn studie de afgelopen anderhalf jaar op pauze gezet. Om goud te halen moet je serieus uren maken. ‘Gewoonlijk’ vergt het trainen wekelijk 30 à 35 uur, maar de laatste weken is dat opgevoerd naar 45 uur, schat hij. Naast het ‘vieren’ (roeien in een vier) op het water, worden er uren doorgebracht op de spinfiets, in het krachthonk of op de roei-ergometer binnen, of met wielrennen buiten. ‘Ik ga lekker op véél volume draaien, dus veel uren trainen.’ De begeleiding bestaat onder andere uit een ploegcoach, een hoofdcoach met wie hij al acht jaar werkt, een inspanningsfysioloog en een voedingsdeskundige.

Metsemakers ontdekte zijn aanleg voor de roeisport in ­Nijmegen, waar hij tandheelkunde studeerde. Al snel maakte hij flinke progressie (zie kader). Na zijn afstuderen in 2017 besloot hij het toproeien een kans te geven door het voltijds te gaan doen. Hij verhuisde naar Amsterdam en deed een jaar lang niets anders dan roeien bij de KNRB. ‘Dicht bij de Bosbaan en Amstel voor trainingen – ideaal.’

Zijinstromer

Maar het begon te kriebelen. ‘Ik hou van de sportieve ­uitdaging, maar ik wil ook bezig zijn met mijn hoofd.’ Gelukkig kon hij in 2019 bij de VU starten als zijinstromer bij geneeskunde. Die studie zette hij tijdelijk op een lager pitje richting Tokio, om in september 2021 ‘vol op de ­studie te gaan’, die in februari 2023 weer op een lager pitje is gezet. ‘Ik wilde nog één keer een laatste slinger geven aan het roeien, richting Parijs.’

Het combineren van studie en roeien is intensief, erkent hij, en hij is tevreden dat hij zich de afgelopen anderhalf jaar uiteindelijk heeft gericht op het roeien. ‘Als je écht een ­topsporttraject wil volgen voor het ultieme doel, dan zul je toch moet kiezen.’

Los daarvan, ziet hij de voordelen van topsport combineren met geneeskunde. ‘Het is een wisselwerking, het één helpt het ander. Juist omdat ik moet woekeren met tijd, ben ik efficiënt. In de studie heeft de structuur en de mindset van de topsport me weer geholpen. De mindset is: soms moeten dingen gedaan worden. Als ik wéér acht uur op de fiets moet zitten, dan ga ik me niet afvragen waarom. Je doet het omdat je dat éne doel hebt.’

Gezond?

En hoe zou aankomend arts Metsemakers eigenlijk aan­kijken tegen sporter Metsemakers? Is het gezond wat hij doet? Nee, niet echt, lacht hij. ‘Ik ben extreem kritisch op mezelf. Maar ik geniet ook enorm van al die inspanningen.’ Wat dat aangaat, komt het goed uit dat zijn vriendin Amber Kraak ook topsporter is. ‘Zij begrijpt dat. We kennen elkaar van wedstrijden in Korea, toen roeide zij nog. Inmiddels fietst ze voor de Franse wielerploeg FDJ-Suez, dus we zijn telkens elders voor wedstrijd of training. Laatst rekenden we voor de grap uit hoeveel weken we afgelopen jaar op hetzelfde adres hadden doorgebracht; zeventien zo bleek. Ja, wel ernstig, maar het is straks allemaal anders.’ Na 26 augustus, dus. 

Lees ook

interview sport
  • Marieke van Twillert

    Marieke van Twillert is sinds eind 2015 journalist bij Medisch Contact. Arbeidsmarkt en internationale gezondheidszorg hebben haar speciale aandacht, maar ze volgt ook het levenseindedebat, medische technologie en internationale gezondheid. Marieke is een van de presentatoren van MC de Podcast en schrijft geregeld een bijdrage voor de rubriek Media en Cultuur.  

Op dit artikel reageren inloggen
Reacties
 

Cookies op Medisch Contact

Medisch Contact vraagt u om cookies te accepteren voor optimale werking van de site, kwaliteitsverbetering door geanonimiseerde analyse van het gebruik van de site en het tonen van relevante advertenties, video’s en andere multimediale inhoud. Meer informatie vindt u in onze privacy- en cookieverklaring.