VWS negeert advies Raad van State bij regie over opleidingsplekken

De minister van VWS heeft de bevoegdheid terug om de verdeelplannen van de opleidingsplekken voor de medische vervolgopleidingen vast te stellen. Maar de minister passeert vooralsnog het advies van de Raad van State om hiervoor aparte wetgeving te maken.

In het verdeelplan staat hoeveel medisch-specialistische opleidingsplekken aan welke opleidingsinstellingen worden toebedeeld. Een bestuursrechter oordeelde begin dit jaar dat het ministerie van VWS niet bevoegd was om dit plan jaarlijks op te stellen. Het ministerie hoopte die bevoegdheid alsnog snel te regelen via aanpassing van een besluit, maar de Raad van State raadde dat af.

Nu blijkt dat het ministerie dat advies van de RvS dus naast zich neer legt, in ieder geval voor de verdeelplannen van 2023, 2024 en 2025. Het ministerie van VWS heeft via een algemene maatregel van bestuur (AMvB) een wettelijke grondslag gecreëerd voor de bevoegdheid. Volgens de Raad van State (RvS) was het de vraag of een AMvB een ‘adequate en juridisch houdbare’ manier was, maar de minister ‘volgt de Afdeling (van de Raad van State-redactie) niet in haar twijfels.’ Hoe de bevoegdheid voor de verdeelplannen over 2026 en verder geregeld gaat worden is vooralsnog niet duidelijk.

Rechtszaak Leiden

De rechtszaak die leidde tot de constatering dat de minister helemaal geen bevoegdheid had, was aangespannen door het LUMC en zes perifere ziekenhuizen. Zij voerden in de rechtszaak primair aan dat het verdeelplan geen wettelijke grondslag heeft, maar ook hebben zij inhoudelijke bezwaren tegen het verdeelplan van 2023. Zij vinden dat het ministerie geen objectieve en transparante criteria hanteerde bij het vaststellen daarvan. De rechter heeft zich niet gebogen over die inhoudelijke bezwaren, omdat hij het verdeelplan al ongeldig had gemaakt op basis van de bevoegdheid. Door het besluit van de rechter waren ook de verdeelplannen van 2024 en verder juridisch niet houdbaar.